OOG

Blik in de wereld achter de kunst

De mythologie achter de beelden van Marion Visione
MARION VISIONE / Jul 31st, 2017   
De beelden van Marion Visione zijn een uiting van haar diepzinnige gedachtewereld. Marion is een reiziger in haar geest. Geïnspireerd door mythen en klassieke verhalen maakt ze beelden die lijken op culturele overlevenden, getekend en vervormd door de tijd. Tijdloze vrouwenfiguren verbeelden universele gevoelens, die het menselijke overstijgen. Ieder beeld vertelt een bijzonder verhaal dat bij ons als toeschouwer vaak herkenning oproept, maar altijd de vrijheid geeft tot eigen invulling. Hier volgen enkele verhalen en mythologieën die Marion, en wellicht ook u, inspireren.

 

Toekomst

Toekomst is een uitbeelding van onzekerheid, de onzekerheid van tijd.

‘De meeste van mijn beelden zijn vrouwenfiguren, het is het onderwerp dat door de eeuwen heen als het meest traditioneel beschouwd kan worden, de allereerste door de mens gevormde voorwerpen die later als ‘kunst’ zijn gaan benoemen, waren eenvoudige voorstellingen, vruchtbaarheidssymbolen, misschien aardgodinnen. De afbeelding van onszelf en in het bijzonder van de vrouw, heeft altijd centraal gestaan. Ik houd van ronde vormen, gebogen lijnen, de vrouwelijke anatomie is een uitnodiging om die weer te geven’.

In de eerste plaats zie je de figuur van een waarzegster die in haar eigen lege hand schouwt, in gedachten verzonken, vorsend naar het ongewisse. De handpalm is geopend, om te ontvangen, maar ook om te geven, om los te laten. Het beeld is ook een metafoor voor het tegenwoordige, het ‘nu’ , het moment of het punt waarop verleden in toekomst transformeert.


 

Cassandra

Cassandra is een beroemd figuur in de Griekse mythologie.

Ze was de dochter van Priamus, de koning van Troje. Toen ze op een dag een bezoek bracht aan het heiligdom van Apollo viel deze godheid voor de schoonheid van de koningsdochter.
Apollo wilde het bed met haar delen. Cassandra deed alsof ze geïnteresseerd was in de god en zorgde er voor dat die haar de gave van de profetie schonk.

Nadat de god haar deze gave verleend had wees Cassandra hem alsnog af. Het bed met hem delen wilde ze niet meer. Apollo was woedend maar kon haar de gave niet meer afnemen. Goddelijke verordeningen konden namelijk niet worden teruggedraaid. Uit wraak zorgde Apollo er wel voor dat geen mens de voorspellingen van Cassandra ooit zou geloven. De profetische gave werd voor Cassandra zo een vloek. Steeds als de onfortuinlijke koningsdochter waarschuwde voor naderend onheil geloofde niemand haar. Zo waarschuwde er onder meer voor dat het paard van Troje een list was en wees ze de onderdanen erop dat Paris de stad Troje in het ongeluk zou storten. Geloofd werd Cassandra echter nooit.

Vandaag de dag wordt de naam Cassandra nog geregeld gebruikt voor personen die waarschuwen voor naderend onheil maar niet worden geloofd.



Salomé

Salomé is de dochter van Herodias en Herodes Filippus. Toen Herodias scheidde van Herodes Filippus om te trouwen met Herodes Antipas, ging Salomé met haar moeder mee. De tetrarch Herodes Antipas vraagt zijn stiefdochter Salomé tijdens een feest voor hem te dansen. In ruil daarvoor mag zij van hem verlangen wat zij wil. Zij zegt toe de dans van de zeven sluiers te dansen en eist daarvoor, mede op instigatie van haar moeder, het hoofd van Johannes de Doper.

Salomés aandeel in de dood van Johannes de Doper is voor veel kunstenaars een inspiratiebron gebleken. De Britse schrijver Oscar Wilde publiceerde zijn toneelstuk Salomé in 1891 en Richard Strauss schreef naar aanleiding van dit stuk een opera onder dezelfde titel (1905).

In de schilderkunst is de figuur van Salomé vaak onderwerp van kunstenaars (onder andere Caravaggio, Vera Willoughby, Gustave Moreau, Georges-Olivier Desvallières, Gustav Adolph Mossa, Aubrey Beardsley) waarbij zij veelal als een mooie en verleidelijke vrouw wordt afgebeeld.

 

Drie Gratiën

Zijn zusters uit de Griekse en Romeinse mythologie. De dochters van Zeus en Eurynome maar in sommige verhalen zijn ze ook het nageslacht van Dionysos en Aphrodite (Venus)

De drie gratiën zijn:
Aglaia schoonheid en glans
Euphrosyne vreugde
Thalia bloeiend geluk

Samen staan ze voor vruchtbaarheid, creativiteit & charme.

De Gratiën werden vaak geassocieerd met de negen muzen. De rivier de Cephissus bij Delphi was aan hen gewijd.

De drie gratiën inspireren de mensheid tot talent en creativiteit en zijn zelf ook een geliefd onderwerp in de kunst. Meestal worden ze zo afgebeeld dat ze z'n drieën naar elkaar toe staan met de armen over elkaars schouders. Ze worden ook vaak afgebeeld in de Elyzeese velden, de hemelse onderwereld van de Grieken. 



1000 Kraanvogels

In Japan wordt de kraanvogel als gelukbrengend beschouwd en symbool van een lang leven.

Als iemand, volgens de legende, 1000 origami-kraanvogels vouwt zal zijn wens tot gezondheid in vervulling gaan.

Sinds de dood van Sadako Sasaki, slachtoffer van de bom op Hiroshima geldt dit ook voor een wens tot vrede. Sadako Sasaki was een Japans meisje van 2 jaar dat de atoombom op Hiroshima overleefd. Toen Sasaki opgroeide was ze sterk en atletisch en had een enorme belangstelling voor hardlopen. Toen ze op 11-jarige leeftijd aan het oefenen was voor een belangrijke wedstrijd werd ze onwel. 
Artsen diagnosticeerden leukemie bij haar; deze ziekte liep zij op als gevolg van blootstelling aan de straling van de atoombom. Een goede vriendin van Sasaki vertelde haar de Japanse legende dat iedereen die 1000 papieren origami kraanvogels vouwt een wens mag doen. Sasaki hoopte dat de goden haar een wens toe zouden staan en dat ze weer in staat zou zijn hardloopwedstrijden te doen. Sasaki bleef 14 maanden in het ziekenhuis en vouwde meer dan 1300 papieren kraanvogels tot ze op twaalfjarige leeftijd aan de gevolgen van leukemie overleed.

De mythevorming rond Sasaki is gegroeid doordat zij vele malen uitte en hoopte dat niet alleen zij, maar ook alle andere kindslachtoffers van de atoombom, een wens zouden mogen doen; ze bad vanuit haar ziekbed voor wereldvrede en het einde van al het lijden.

 

Panta rhei

Panta rhei is een bekende uitspraak die een gedachte van de Griekse filosoof Heraclitus weergeeft. Het betekent alles stroomt of alles is in beweging.

Hiermee wordt verwezen naar de gedachte van Heraclitus dat alles in deze wereld steeds in verandering is: "Men kan niet tweemaal in dezelfde rivier stappen, want het is steeds weer vers water dat u tegemoet stroomt."

De uitspraak zou niet afkomstig zijn van Heraclitus zelf, maar van Plato. In zijn eenzijdige interpretatie van de heraclitische filosofie poneerde hij dat alles in de zintuiglijke wereld aan zulk een verandering onderhevig is dat ze op zich volledig structuurloos is en dus niet kan gekend worden (in contrast met de vormenwereld van Plato).

Onder meer: Plato "Niets is ooit, maar alles wordt",
Ovidius          "Alles verandert, niets gaat ten gronde"
en Aristoteles "Niets is standvastig"
werden door deze gedachte geïnspireerd.
 
 

Luna

Luna is de Romeinse godin van de maan. Ze is een zus van de zonnegod Sol en Luna is identiek aan de Griekse godin Selene.

Zij wordt geprezen als het stralende oog der nacht, en staat bekend om haar schoonheid, schitterende glans, en haar onophoudelijke zwerftochten aan de hemel. Zij wordt voorgesteld met een stralenkrans om het hoofd waaruit zij haar zacht licht uitstort over hemel en aarde. 

 
Aan het einde van haar zwerftochten baadt zij in de wateren van den Okeanos om vervolgens met haar schitterende paarden als volle maan ’s avonds aan de hemel op te stijgen. Zij schuwt het heldere licht van de dag en daarom wordt haar schuchterheid toegeschreven. Vandaar ook hare geheime liefde voor Endymion. Een koningszoon met de eeuwige jeugd die echter tevens in een eeuwige slaap is gedompeld. De schoone slaper rust in een spelonk van een gebergte waar Selene hem iedere nacht bezoekt om zich in zijne schoonheid te verlustigen en hem ongemerkt te kunnen kussen.

 

Het Labyrint

Doolhof uit de romeinse en griekse mythologie

Minotauros is een schepsel met de kop en de staart van een stier, maar het lichaam van een man. Hij werd aanvankelijk gezoogd door zijn moeder, maar werd later gevoed met mensenvlees. Als gevolg daarvan werd de Minotaurus te gevaarlijk voor zijn omgeving en opgesloten in een speciaal voor hem ontworpen en gebouwde doolhof, het Labyrint. Wie er eenmaal binnen was, kon de uitgang niet meer vinden.

Één keer per negen jaar werden zeven Atheense jongens en meisjes als voedsel het Labyrint ingedreven totdat Theseus met hulp van Ariadne het monster versloeg.

Ariadne  godin van de passie

Ariadne gaf Theseus een zwaard en een kluwen wol (de draad van Ariadne). De wollen draad moest hij afwikkelen terwijl hij het labyrint inging. Ariadne was bereid Theseus te helpen op voorwaarde dat hij, zodra hij de weg uit het labyrint had gevonden, met Ariadne zou trouwen en hij samen met haar zou terugkeren naar Athene. Theseus doodde met het zwaard de Minotaurus die in het labyrint huisde, en vond dankzij de draad van Ariadne de uitgang terug.

Die wollen draad leeft verder in het Nederlands in de uitdrukking, de draad van Ariadne, een middel om uit een netelige situatie te raken.
 



Europa en de stier

Europa is een prinses uit Griekse mythologie op wie oppergod Zeus zijn wellustig oog liet vallen.

Op een dag was de jonge Europa met haar vriendinnen aan het spelen op het strand toen Zeus getroffen werd door de charmes van het meisje. Om aan het oog van zijn echtgenote Hera te ontsnappen, maar ook om het meisje met zijn goddelijke verschijning niet af te schrikken, veranderde Zeus zich in een witte stier.

Toen Europa spelenderwijs op de rug van het schitterende, zich vriendelijk voordoende dier was geklommen, liep hij met haar de zee in en zwom in één stuk door naar het eiland Kreta, waarheen haar ontvoerde.

 

Aphrodite

Godin van de liefde, de schoonheid en de vruchtbaarheid.

Aphrodite is ontstaan uit het zilveren schuim van de zee. Zij rees uit de baren van de zee op als de schoonste van alle vrouwen, blank als het schuim, waaruit ze geboren werd, en beminnelijkheid en lieftalligheid lagen op haar glimlachend gelaat en over haar gehele wezen. Zo kreeg ze de naam Aphrodite, “de uit schuim geborene”. 

Waar zij verscheen, veranderde de woeste grond in bloeiende velden: bloemen ontsproten onder haar bekoorlijke voeten en de gehele aarde juichte in hemelse verrukking en weldra werd zij omringd door alle goden van de hemel en van de aarde.

Aphrodite staat door haar geboorte en afkomst in relatie tot de drie delen van het heelal. Haar oorsprong bevindt zich in de hemel, zij is geboren uit de zee en de aarde heeft haar ontvangen met al de pracht en heerlijkheid, die de lente kan geven. Deze drievoudige betrekking waarin Aphrodite tot de natuur staat, heeft een grote invloed op haar verering gehad.
 



Sibyl

In de klassieke oudheid de benaming voor een aantal vrouwelijke profeten die, geïnspireerd door een godheid en daardoor in extase, spontaan en ongevraagd de toekomst voorspelden in verzen.

De naam komt voor het eerst voor bij de filosoof Heraclitus en wijst, net als de wijze van profeteren, op een oosterse origine. Van de 6e tot de 4e eeuw v.Chr. kenden de Grieken slechts één sibille, die wel op verschillende plaatsen haar activiteiten ontplooide. Dit leidde gauw tot een vermenigvuldiging van het aantal sibillen, die ook individuele namen kregen, en de eigennaam werd een soortnaam.

Afbeeldingen van sibillen zijn in de oudheid schaars, maar in de religieuze kunst van de middeleeuwen en de renaissance worden zij vaak voorgesteld als vóór-christelijke tegenhangsters van de Oudtestamentische profeten. Wereldberoemd zijn de vijf sibillen die Michelangelo uitbeeldde op het plafond van de Sixtijnse Kapel in het Vaticaan.

 

Niké

Godin van de overwinning
In de Griekse mythologie ziet men Nikè als een "niet persoonlijke godin", in tegenstelling tot hun andere goden die sterk op mensen van vlees en bloed leken.
 

Nikè is de gedachte dat iedere krijgsman, en iedere overwinning, een eigen Nikè heeft.

Nikè is in de ogen van de Grieken ook niet zelf verantwoordelijk voor de zege, die eer kwam de goden toe, men zag haar vooral als de boodschapper.

Meestal wordt Nikè afgebeeld als een jonge, schone gevleugelde vrouw met een palmtak in de handen en een lauwerkrans op het hoofd, terwijl wapenen en zegetekenen haar omringen.
 



Demeter

De godin Demeter, letterlijk aangeroepen als goddelijke moeder, was de godin van de landbouw en de gewassen (op de eerste plaats van het graan). Ze wordt vaak afgebeeld met een korenaar in de hand. Men kan haar veilig voor een van de oudste, Pelasgische (het vóór-Helleense Griekenland) godheden van Griekenland houden, vandaar haar bijnaam Pelasgis.

Als godin van de aarde wordt zij voornamelijk in verband gebracht met alles wat met het leven en de menselijke beschaving in verband staat. Ze is de godin van de akkerbouw geworden, en toen ze dit eenmaal was, natuurlijk ook van al die bezigheden die in ruimere zin tot de akkerbouw kunnen gerekend worden, de boomkwekerij en de veeteelt.

De godin van de landbouw werd verder natuurlijk de beschermster van alles wat met de landbouw verband heeft. Zij ging door voor de uitvindster van alle gereedschappen die daarbij worden gebruikt. Ze leerde ook aan de mensen ploegen, zaaien, maaien, schoven binden, dorsen, malen en brood bakken.

Als de godin van de beschaving, die de mensen door middel van de akkerbouw uittilt boven het niveau de jagers- en herders, heeft Demeter tevens een zedelijke betekenis. Hiermee staat zij in nauw verband tot Dionysos, de god is, die het menselijke geslacht de beschaving heeft geschonken.
 

 

Justitia

Vrouwe Justitia is van oorsprong een Romeinse godin en naderhand de personificatie van het recht.

Vrouwe Justitia wordt doorgaans afgebeeld als een geblinddoekte figuur, met in haar rechterhand een zwaard en in haar linkerhand een weegschaal.

Op de oudste beeltenissen is zij nog afgebeeld met onbedekte ogen.

De blinddoek staat voor de rechtspraak zonder aanzien des persoons, dat wil zeggen dat niet de personen worden gehoord en veroordeeld, maar slechts de feiten en daden;

De weegschaal stelt de afweging van de bewijzen en getuigenissen voor, die in het voordeel of nadeel van de verdachte spreken

Het zwaard staat voor het vonnis dat wordt uitgesproken
 



Icarus

Icarus is een figuur uit de Griekse mythologie. Hij wordt vaak genoemd in verband met zijn vader Daedalus.

Omdat Icarus en Daedalus door koning Minos gevangen worden gehouden op Kreta, bedenkt Daedalus een manier om te ontsnappen; hij bouwt vleugels van een houten raamwerk, bezet met veren in een boog vastgezet met was. Omdat de was kan smelten, waarschuwt Daedalus Icarus om niet te hoog en dicht bij de zon te vliegen, maar ook niet te laag, omdat de vleugels te zwaar zouden worden van het zeewater. In zijn enthousiasme wordt Icarus echter roekeloos; hij vliegt te hoog zodat de was toch smelt en hij stort neer in de Egeïsche Zee.

Het verhaal van Icarus is typerend voor het thema van hybris, dat algemeen voorkomt in de Griekse mythologie; hierin wordt een persoon afgestraft voor zijn eigen hoogmoed of overdreven zelfvertrouwen.

 

Apollo en Daphne

De mythe begint met een belediging door Apollo, naar Eros gericht. Apollo ziet namelijk dat Eros zijn boog op een amateuristische manier spant en zegt tegen Eros dat hij beter zijn liefdesfakkels mee kan nemen om zijn eer, die hij volgens Apollo niet verdient, nog een beetje te redden. Eros is hierdoor diep beledigt en wil wraak. Hij besluit 2 pijlen af te schieten. Apollo wordt geraakt met een gouden pijl die schittert met zijn pijlpunt en zorgt voor het liefdesvuur. De andere schiet hij af op de nimf Daphne. Deze pijl is stomp, loopt uit in een loden schacht, en dooft het liefdesvuur. Apollo, smoorverliefd, volgt Daphne en probeert haar van hem te laten houden. Maar zij wil hier helemaal niets van weten en vlucht weg, het bos in. Zij gaat naar haar vader toe en vraagt hem of hij zijn kleinkinderenwens uit zijn hoofd wil zetten.

Daphne wil namelijk haar hele leven maagd blijven, net zoals de kuise Artemis. Haar vader stemt toe, maar Daphne’s schoonheid verbiedt het haar. Apollo kan haar niet loslaten en blíjft haar achtervolgen. Hij probeert haar te bepraten, haar te kalmeren en haar te laten stoppen. Hij vertelt haar dat hij een god is en dat hij kan genezen. Maar Daphne stopt niet. Ze rent door tot ze, totaal uitgeput, bij een rivier aankomt en haar vader smeekt om haar uit haar lijden te verlossen. Haar vader, die ongelooflijk medelijden met haar heeft, verzint snel iets zodat Daphne kan blijven voortleven, maar zonder alle aanbidders. Hij veranderd Daphne in een laurierboom.

Als Apollo aankomt en ziet dat Daphne in een laurierboom is veranderd, wil hij een eerste eb laatste kus geven. Maar zelfs het hout buigt van hem weg. Apollo, nog steeds hevig verliefd, zegt dat als zij niet zijn vrouw kan worden, zij zijn boom zal worden. Zij zal zijn haar omkransen en zijn lier en pijlenkoker versieren. Zij zal gepland worden vlak voor Augustus’ poort, dicht naast de eikenboom in het midden. De laurierboom knikte met de nieuw ontstane takken en bewoog haar kruin of het een hoofd was.

Deze mythe verklaart waarom Apollo (meestal) een laurierkrans op zijn hoofd heeft, en waarom zijn pijlenkoker en lier ermee versierd zijn.

MARION VISIONE BEKIJK BEELDEN
 
 
 

OP DE HOOGTE BLIJVEN?