STOER & TEDER
ONTDEK JAN DE GRAAF
Jan de Graaf (1948) maakt bronzen beelden waarin hij bij voorkeur vrouwen en kinderen uitbeeldt. Zijn inspiratie vindt hij in zijn directe omgeving zoals spelende kinderen op straat, mensen die staan te praten of iemand die zijn hondje uitlaat. Veelal is er sprake van een gestileerde opbouw en vormgeving van de figuren. De beelden zijn vaak in een blik te doorgronden. Door de rechte staken als benen en de opmerkelijk platte lijven ontstaat een algehele stijfheid, die in de specifieke stilering van Jan de Graaf besloten ligt. Ingetogen, verstild, bevroren, zonder enige suggestie van een beweging, die eventueel aan de staande pose is vooraf gegaan of die nog moet komen.
Jan de Graaf weet schoonheid te koppelen aan herkenbaarheid, met gevoel voor humor, maar ook voor tederheid. In de afwerking bewijst Jan de Graaf zijn grote vakmanschap. Zijn werk maakt een grappige indruk, maar hij beschouwt zich, in zijn gevoel voor vorm en vakmanschap, als uiterst serieus. Zijn figuren bezitten een eigen karakter, het zijn als het ware welopgevoede persoonlijkheidjes.
Opvallend aan de beelden van Jan de Graaf is het feit dat hij de gladde bronzen oppervlakte soms beschildert. De beschildering stelt meestal een kledingstuk voor dat strak om het lijf zit: de jurk van een vrouw of het shirt van een kind. De volumineuze baadsters, het meisje met de vogels, het kind op de step, de voor de wandeling aangeklede jugendstilfiguren, door hun humor ofwel hun ironie doen ze allemaal een glimlach ontlokken.
Jan de Graaf volgde zijn opleiding aan de Academie voor Beeldende Kunst te Rotterdam.